Stabilisatie van de bloedsuikerspiegel
Het belang van een stabiele bloedsuikerspiegel is om te voorkomen dat je insulineresistent wordt. Insulineresistentie treedt op wanneer je lichaam niet kan reageren op de hoeveelheid insuline (een hormoon) die het produceert, wat kan leiden tot diabetes 2.
Insuline wordt gemaakt door je alvleesklier en beschermt je lichaam tegen een teveel aan suiker (glucose). Glucose geeft je energie, maar een teveel is schadelijk voor je gezondheid. Als je insulineresistentie hebt, maar je alvleesklier kan de insulineproductie nog steeds verhogen om je bloedsuikerspiegel op pijl te houden, heb je geen merkbare symptomen van insulineresistentie. Helaas kan insulineresistentie na verloop van tijd erger worden, en kunnen de cellen in je alvleesklier die insuline maken slijten. Uiteindelijk kan je alvleesklier niet meer genoeg insuline produceren om de weerstand te overwinnen, dat leidt tot een verhoogde bloedsuikerspiegel (hyperglykemie), die wel symptomen veroorzaakt.
Insulineresistentie treedt op wanneer je lichaam niet kan reageren op de hoeveelheid insuline die het produceert. De twee belangrijkste factoren die lijken bij te dragen tot insulineresistentie zijn overtollig lichaamsvet, vooral rond de buik, en een gebrek aan lichaamsbeweging.
Om je te helpen je insulinespiegel te reguleren, kun je o.a. de totale hoeveelheid koolhydraten die je eet beperken en kiezen voor meer volkoren vormen van koolhydraten in plaats van bewerkte of geraffineerde. Kies voor hele granen zoals staal gesneden of gerolde haver, bruine rijst, quinoa en gerst in plaats van meelproducten zoals brood, pasta's en crackers.
De koolhydraten die je via je voeding binnenkrijgt, worden in je lichaam omgezet in glucose, die in je bloed wordt opgenomen en een stijging van je bloedsuiker veroorzaakt. Deze stijging geeft je alvleesklier een signaal om insuline aan te maken, zodat je cellen de glucose kunnen opnemen.
De snelheid waarmee je lichaam koolhydraten afbreekt en opneemt, bepaalt of je bloedsuiker snel of geleidelijk stijgt. Eenvoudige suikers worden gemakkelijker afgebroken en opgenomen dan complexe koolhydraten en veroorzaken daarom een snellere stijging van de bloedsuiker. Een te snel stijgende bloedsuiker veroorzaakt een te grote insulineproductie, waardoor je bloedsuikerspiegel te snel daalt. Tegenwoordig eten de meeste mensen te vaak en te veel van de verkeerde dingen, waardoor we steeds weer nieuwe bloedsuikerpieken en -schommelingen creëren, zoals te zien is in de afbeelding bovenaan deze pagina.
